Ik vermoed (!), op basis van mijn fysiologische, biologische en scheikundige kennis:
Een lipidenmembraan dat beschermt tegen geladen deeltjes is onderhevig aan slijtage. Het herstellen van dat membraan kost dus bouwstoffen en energie, die dan dus ergens anders niet voor gebruikt kunnen worden. Eén van de eerste orgaansystemen die bij (langer durende) tekorten 'uitgeschakeld' worden, is de afweer en het voortplantingssysteem. Om dus te kunnen kweken met vissen en voor een optimale gezonde vis, moet hun balans positief zijn, m.a.w. niet te ver uit hun comfortzone liggen.
Verder is de temperatuur bij een koudbloedig dier als een vis van belang voor de snelheid van hun metabolisme. Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller de diverse organen (ook zintuigen, en zenuwweefsels) werken. Bij een te lage temperatuur worden alleen de organen 'aangezet' die noodzakelijk zijn voor overleven, bij te hoge temperaturen worden de diverse orgaansystemen te hoog belast en méér organen permanent aangezet, waardoor het lichaam de schade niet meer kan herstellen.
Dan heb je dus een vis die voortdurend in voortplantingsmodus is en veel meer beweegt dan het lichaam kan verwerken. Op een gegeven moment kan de daardoor optredende slijtage niet meer opgevangen worden, en beginnen er organen uit te vallen en ziektes uit te breken met een voortijdige dood als gevolg.
Een lipidenmembraan dat beschermt tegen geladen deeltjes is onderhevig aan slijtage. Het herstellen van dat membraan kost dus bouwstoffen en energie, die dan dus ergens anders niet voor gebruikt kunnen worden. Eén van de eerste orgaansystemen die bij (langer durende) tekorten 'uitgeschakeld' worden, is de afweer en het voortplantingssysteem. Om dus te kunnen kweken met vissen en voor een optimale gezonde vis, moet hun balans positief zijn, m.a.w. niet te ver uit hun comfortzone liggen.
Verder is de temperatuur bij een koudbloedig dier als een vis van belang voor de snelheid van hun metabolisme. Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller de diverse organen (ook zintuigen, en zenuwweefsels) werken. Bij een te lage temperatuur worden alleen de organen 'aangezet' die noodzakelijk zijn voor overleven, bij te hoge temperaturen worden de diverse orgaansystemen te hoog belast en méér organen permanent aangezet, waardoor het lichaam de schade niet meer kan herstellen.
Dan heb je dus een vis die voortdurend in voortplantingsmodus is en veel meer beweegt dan het lichaam kan verwerken. Op een gegeven moment kan de daardoor optredende slijtage niet meer opgevangen worden, en beginnen er organen uit te vallen en ziektes uit te breken met een voortijdige dood als gevolg.