Een reduceerventiel werkt heel simpel, daardoor is die over het algemeen ook erg betrouwbaar.
Als de opbrengst varieert kunnen er een paar dingen aan de hand zijn, 4 is het membraan die aan de ene kant in contact staat met de druk in de fles, aan de lagedruk kant via kanaaltje 5 en aan de andere kant met de buitenlucht via de opening net boven de lijn van pijl 3.
Dit is een klein gaatje in de behuizing, check of dit gaatje vrij is.
De veer 3 duw je strakker tegen het membraan om meer opbrengst te krijgen en vice versa, klep 6 zit aan het membraan vast en gaat dicht wanneer de kracht van het CO2 op het membraan groter is dan de kracht van de buitenlucht plus de veerkracht uiteindelijk zal hier een balans ontstaan. Wanneer klep 6 niet goed afdicht is het ook lastig regelen, het zou kunnen dat er wat vuil tussen klep 6 zit. Om dit weg te krijgen kun je met een dichte fles het reduceerventiel op maximale druk zetten en dan even de kraan van de fles opendraaien, zo blaas je hem schoon.
Een lekke klep kun je makkelijk checken door de regelknop helemaal terug te draaien, nu mag er helemaal geen CO2 uit komen omdat klep 6 de boel volledig af zou moeten sluiten. Het kan ook zijn dat het membraan lek is. Een lek membraan is te controleren door het gaatje boven pijl 3 even dicht te houden, als je die na een tijdje weer opent en er blijkt druk op te staan dan lekt er CO2 door het membraan. De veer kan ook nog gebroken zijn maar dan is de druk meestal helemaal niet meer regelbaar en voel je ook geen weerstand aan de draaiknop. Verder zit er niks op wat stuk kan, enige wat je dan nog kunt checken is of er ergens een aansluiting of slang lekt.
Voor een merk ventiel is er een kans dat je spare parts kunt krijgen maar meestal is het einde oefening.
Bekijk bijlage 365836
